, [], Whether the Old Law was suitably given at the time of Moses?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [17]Zo verscheen de HEERE aan Abram, en zeide: Aan uw zaad zal Ik dit land geven. [18]Toen bouwde hij aldaar een altaar den HEERE, Die hem verschenen was. 17. Om door een nieuwe openbaring Abram in het geloof te versterken, die het land bewoond zag met Kanaanieten. 18. Te weten, om aldaar offeranden, gebeden en dankzeggingen te doen; en den gehelen uiterlijken godsdienst onder de zijnen tegen de afgoderij der Kanaanieten te oefenen; hetwelk geheten wordt den naam des Heeren aanroepen; zie vs.8, en boven hfdst.4 vs.26.